Het studentenleven in Nederland - Learn Dutch B1-B2
Good for: B1Episode Number:100

Het studentenleven in Nederland - Learn Dutch B1-B2

Have you ever wondered what it's like to be a student in the Netherlands? Let's learn all about it.

Published at: Thursday, September 4, 2025

Share:

De studententijd is volgens sommigen de mooiste tijd van je leven. Ik weet niet of dat klopt, maar het was voor mij in elk geval een hele leuke tijd. In deze podcastaflevering ga ik je wat meer vertellen over het studentenleven in Nederland. Daarnaast zal ik je ook wat vertellen over mijn persoonlijke ervaringen. Ik heb in totaal zo’n acht jaar in Nederland gestudeerd, dus ik kan er wel wat over zeggen. 
Laten we eens beginnen met wat studeren precies betekent. Eigenlijk betekent studeren dat je op systematische wijze nieuwe kennis opdoet en nieuwe vaardigheden verwerft. Dat kan door een opleiding te volgen, maar je kunt het ook zelfstandig doen. Als je bijvoorbeeld Nederlands leert en naar deze podcast luistert, ben je eigenlijk ook aan het studeren. Maar in deze podcast gaan we het hebben over de studententijd. Dat is de tijd dat je een lange, formele opleiding volgt, vaak op jonge leeftijd, net na de middelbare school. Denk aan opleidingen aan de universiteit, de hogeschool (hbo) of het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). 
Sommige mensen beweren dat de term studeren alleen gebruikt kan worden voor studenten aan de universiteit. Dat is onzin, tenminste, dat vind ik. Het is wel zo dat het leven van een hbo-student of universitair student er over het algemeen een beetje anders uitziet. Studenten aan de universiteit wonen bijvoorbeeld vaker op kamers en zijn vaker lid van een studentenvereniging, terwijl mbo-studenten vaak langer thuis blijven wonen. Maar let op: Iedere student is anders. Er zijn ook mbo-studenten die op kamers gaan en zeer actief deelnemen aan studentenactiviteiten. En zo zijn er ook universitair studenten die bij hun ouders wonen en elke dag op en neer reizen naar hun studentenstad. 
Goed, studeren in Nederland dus! Waar kan dat? Laten we nog eens kijken naar wat er gebeurt na de middelbare school. Tieners zijn meestal klaar met de middelbare school als ze 16, 17 of 18 jaar oud zijn. Daarna kunnen ze een vervolgopleiding kiezen. In Nederland zijn er drie grote groepen opleidingen: mbo, hbo en universiteit. Wat is het verschil precies? Nou, over het algemeen kun je zeggen dat mbo meer gericht is op de praktijk. Ook opleidingen in het hbo hebben een beroepsgerichte oriëntatie. Universitaire opleidingen zijn meer wetenschappelijk georiënteerd. Welke opleiding je kiest, hangt af van je persoonlijke voorkeuren, maar ook van je diploma op de middelbare school. 
Als je een opleiding hebt gekozen, kun je gaan kijken waar ze die opleiding aanbieden. In veel grote, middelgrote en kleine steden kun je mbo-opleidingen vinden. En er zijn ruim 40 hbo-instellingen, terwijl er maar 13 universiteiten zijn. Zo kun je in Den Bosch en Amersfoort wel hbo-studies vinden, maar geen universiteit. De dertien steden met een universiteit zijn: Utrecht, Leiden, Maastricht, Eindhoven, Wageningen, Delft, Groningen, Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen, Tilburg, Enschede en Heerlen. Maar Heerlen is geen typische studentenstad, omdat de universiteit onderwijs op afstand aanbiedt. 
Als je gaat studeren kies je een studentenstad op basis van je studiekeuze en je voorkeuren. Wil je bijvoorbeeld geneeskunde studeren, omdat je later dokter wil worden? Dan kun je kiezen uit verschillende universiteiten. De universiteiten moeten dan wel een medische faculteit hebben. En dat hebben ze niet allemaal. Tilburg en Eindhoven bijvoorbeeld niet. 
Veel scholieren gaan op verschillende universiteiten kijken voor ze een keuze maken.
Om je een idee te geven van het leven van een student, zal ik je over mijn eigen ervaringen vertellen. Dat is al wel een tijdje geleden, in 2006 begon voor mij het studentenleven. Maar veel dingen zijn nu nog hetzelfde. 
Ik was 18 jaar oud toen ik mijn vwo-diploma kreeg. Dat betekende dat ik naar de universiteit kon gaan. Ik wist niet goed wat ik wilde studeren en ik ging kijken naar verschillende opleidingen aan verschillende universiteiten. Ik ben in Maastricht, Amsterdam, Leiden en Nijmegen geweest. Ik kom uit een dorpje in de buurt van Eindhoven, maar Eindhoven heeft een Technische Universiteit en ik had interesse in andere studies. Uiteindelijk koos ik voor de studie psychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. 
Ik kon wel bij mijn ouders blijven wonen, maar dat wilde ik niet. Nijmegen was te ver weg. Als ik van mijn dorp naar Nijmegen zou reizen met het openbaar vervoer, dan zou ik elke dag 3 uur in de trein en de bus moeten zitten. Ik ging dus op zoek naar een studentenkamer. 
Een kamer vinden was niet makkelijk, maar wel makkelijker dan tegenwoordig. Ik zocht op internet naar leuke studentenkamers, bijvoorbeeld via de website van Kamernet. Die website bestaat nu nog steeds. De meeste studenten in Nederland wonen niet op een campus. Ze wonen in studentenhuizen. Dat zijn gewone huizen waarin studenten enkel een kamer huren. Meestal delen ze de keuken en de badkamer en soms is er een gemeenschappelijke woonkamer. Er zijn ook studentenhuisvestigingen, maar daar is vaak een wachtlijst. Veel eerstejaars studenten zoeken een kamer in een gewoon studentenhuis. 
Nou, even terug naar mijn ervaring als achttienjarige. Ik zocht een kamer, in Nijmegen, en dat betekende dat ik moest hospiteren. Dat vond ik best wel moeilijk. Hospiteren betekent dat je naar een studentenkamer gaat kijken, maar je bent niet de enige kandidaat. De mensen die al in het studentenhuis wonen kijken of er een goede klik is. Zij kiezen samen de nieuwe bewoner. Ik denk dat ik ongeveer 5 studentenkamers heb bekeken, maar helaas werd ik niet gekozen. Ik deed mijn best een leuke, spontane indruk te maken. Misschien deed ik te hard mijn best! Meestal kozen ze een student die al een tijdje studeerde en niet zo’n groentje zoals ik. 
Uiteindelijk vond ik een kamer in een studentenhuis in een hele leuke buurt. Ik hoefde niet echt te hospiteren: niet de andere studenten, maar de huisbaas koos de nieuwe bewoner. De kamer was 11 vierkante meter en ik moest ruim 300 euro per maand betalen. Dat was toen best veel geld, maar vandaag de dag is dat natuurlijk een koopje! Een studentenkamer in Nijmegen kost in 2025 gemiddeld zo’n 600 euro per maand. 
Als je een nieuwe student bent, kun je meedoen aan de introductiedagen. In Nijmegen duurt de introductie ruim een week, ik geloof 10 dagen. De introductiedagen zijn bedoeld om nieuwe studenten te leren kennen. In groepjes verken je de stad en doe je leuke activiteiten en spelletjes. Ook leer je de universiteit kennen en krijg je informatie die belangrijk is voor de start van je studie. De introductiedagen waren voor mij heel belangrijk. Ik kende eigenlijk niemand in Nijmegen en ik wilde graag nieuwe vrienden maken. Al gauw leerde ik een paar medestudenten kennen. 
De introductiedagen vinden ieder jaar plaats in augustus of begin september. Als je in een studentenstad woont, zul je het wel zien. Studenten nemen de stad over en je kunt ze makkelijk herkennen. Vaak dragen ze felgekleurde T-shirts en maken ze behoorlijk wat lawaai. Er zijn veel feestjes en andere activiteiten.
Na de introductiedagen begon ik echt met mijn studie psychologie. In mijn eerste weken moest ik wel wennen aan het studentenleven. Elke dag, behalve in het weekend, fietste ik naar de universiteit om college te volgen. College is een ander woord voor een les aan de universiteit. Ik had veel hoorcolleges. Dat zijn een soort lezingen. Je hoeft als student eigenlijk alleen maar te luisteren en aantekeningen te maken. Soms had ik ook werkcolleges. Dat waren interactieve lessen. 
Eens in de zoveel tijd had ik tentamens. Een tentamen is een test. Dan moest ik laten zien of ik de stof had begrepen. Na een jaar kreeg ik mijn propedeuse. Dat is een bewijs, een soort diploma dus, dat ik het eerste jaar voltooid had. Na 3 jaar had ik mijn bachelordiploma en daarna heb ik een master arbeid- en organisatiepsychologie gedaan. Het verschilt per opleiding hoelang de opleiding duurt. De meeste studies duren 4 of 5 jaar, inclusief master. Sommige opleidingen, zoals geneeskunde, duren wat langer. 
In mijn studententijd deed ik veel meer dan studeren. Ik heb in de eerste jaren behoorlijk wat gefeest. Ik was actief bij de studievereniging van psychologie. Ik organiseerde activiteiten, zoals feesten, lezingen en de introductiedagen. Ook heb ik geschreven voor het tijdschrift van de studievereniging. Het was een tijd waarin ik veel dingen voor het eerst zelfstandig deed en ik ontmoette veel interessante, nieuwe mensen. Ik leerde niet alleen veel tijdens de colleges, maar ook daarbuiten.
Sommige studenten kiezen ervoor lid te worden van een studentenvereniging. Het belangrijkste verschil tussen een studievereniging en een studentenvereniging is dat een studievereniging zich richt op studenten van een specifieke opleiding of faculteit. Ze organiseren vooral activiteiten die gerelateerd zijn aan de studie. Een studentenvereniging is breder. Studenten van verschillende studies komen samen en de focus ligt op gezelligheid en sociale activiteiten. Er bestaan ook thematische studentenverenigingen, die zich bijvoorbeeld richten op een specifieke sport of andere hobby, zoals toneel of poëzie. Bij studentenverenigingen werken ze soms met disputen en jaarclubs. Een dispuut is een kleine groep binnen een studentenvereniging die bestaat uit mensen van verschillende jaren. Zij organiseren eigen activiteiten en borrels, naast de algemene activiteiten van de studentenvereniging. Soms wonen ze ook samen. Een jaarclub bestaat juist uit mensen die in hetzelfde jaar gestart zijn. Sommige studentenverenigingen of disputen werken met ontgroeningen. Dat is een periode waarin aspirant-leden, dus mensen die lid willen worden, opdrachten moeten uitvoeren om lid te worden. Deze ontgroeningen komen soms in het nieuws, omdat sommige verenigingen erg ver gaan. 
Studeren kost natuurlijk geld. Ik moest mijn kamer betalen, maar ook de studiekosten. Studeren aan de universiteit kost op dit moment meestal zo’n 2600 euro per jaar. Maar let op: Als  je uit het buitenland komt en in Nederland wil studeren, betaal je vaak een ander bedrag. Daarnaast moest ik natuurlijk boodschappen doen en had ik nog andere kosten, zoals mijn telefoonrekening. Ik had geen auto. De meeste studenten in Nederland hebben er geen. Ze doen alles op de fiets en met het openbaar vervoer. Als je studeert is het openbaar vervoer voor een deel gratis. Je krijgt namelijk een studentenreisproduct. Hiermee kun je gratis of met een flinke korting reizen met de trein, tram, bus en metro in heel Nederland. Je kunt kiezen voor een week- of weekendabonnement.  
Maar goed, het studentenleven kostte dus wel geld. Hoe betaalde ik dat? Nou, ik kreeg hulp van de overheid en van mijn ouders. Elke maand kreeg ik studiefinanciering van de overheid. Een paar honderd euro per maand. De studiefinanciering bestaat nog steeds. Dit geld hoeven studenten niet terug te betalen als je de studie binnen 10 jaar tijd afrondt. Studenten die op kamers wonen krijgen wat meer geld dan studenten die thuis wonen. Ook kunnen studenten extra studiefinanciering krijgen, als hun ouders een relatief laag inkomen hebben. 
Om mijn studentenleven nog wat comfortabeler te maken, besloot ik een bijbaan te nemen. Een bijbaan is een baan naast je studie. Tijdens mijn studententijd werkte ik elke zondagavond in een bruin café. Een bruin café is een traditioneel Nederlands café met een warm, gezellig karakter. Ik was de barvrouw en serveerster. Zo verdiende ik wat extra geld. Ook was het heel leerzaam. Ik leerde er minstens evenveel over mensen als tijdens mijn studie psychologie. Veel van mijn studiegenoten leenden extra geld van de overheid. Dat geld moesten ze na hun studie terugbetalen. Aan de ene kant is dat fijn, want zo konden ze zich volledig focussen op hun studie. Aan de andere kant hadden sommigen een schuld van tienduizenden euro’s die ze na hun studententijd terug moesten betalen. Geld lenen heeft dus voor- en nadelen. 
Veel studenten willen tijdens hun opleiding ook een tijdje naar het buitenland. Veel studenten maken gebruik van de Erasmusbeurs. Erasmus is een programma dat wordt gesubsidieerd door de Europese commissie en maakt onderdeel uit van het Leven Lang Leren programma. Het programma is bedoeld om het hoger onderwijs door de Europese Commissie in de Europese Unie te stimuleren en studenten de kans te geven om een periode in het buitenland te verblijven voor hun studie. Ik heb zelf geen gebruik gemaakt van de Erasmusbeurs, maar veel studiegenoten deden dat wel. Ze gingen bijvoorbeeld een half jaar naar Barcelona. Hartstikke leuk en leerzaam, want ze konden daar een deel van hun studie volgen en tegelijkertijd kennismaken met een andere taal en cultuur. Ikzelf ben wel een paar maanden naar het buitenland gegaan, maar niet met Erasmus. Er zijn meer organisaties die studenten helpen met een reis naar het buitenland. Ik heb via de organisatie AIESEC een paar maanden vrijwilligerswerk gedaan in de Filippijnen. Een geweldige ervaring. 
Na mijn studie psychologie ben ik gaan werken als psycholoog, maar al gauw kwam ik erachter dat dit niet het juiste werk voor mij was. Ja, niet erg handig van me, maar ik was niet de enige. Ik hoor vaker dat mensen na hun studie niet weten of ze de juiste keuze hebben gemaakt. Sommige mensen besluiten een carrièreswitch te maken. En dat heb ik ook gedaan! 
Na een paar jaar gewerkt te hebben als psycholoog, besloot ik een carrièreswitch te maken. Ik wilde graag leraar worden en ik koos voor een hbo-opleiding: de lerarenopleiding Nederlands. Ik kon deze opleiding in deeltijd doen. Als je in deeltijd studeert heb je minder lesdagen, maar meer zelfstudie. Je doet dus hetzelfde als een gewone student, maar je doet meer in je eigen tijd. Ik had maar één dag per week les. Zo kon ik naast mijn studie werken. Dat was pittig, want ik had het heel erg druk, maar het was ook heel leuk. Alle studenten bij de deeltijdopleiding waren mensen die een carrièreswitch maakten. Het was heel gezellig en interessant om ervaringen te delen. Tijdens de lerarenopleiding had ik ook veel stagedagen. Een stage is een soort internship. Je leert in de praktijk. Ik werkte dus als stagiaire op scholen om praktijkervaring op te doen. 
De studententijd tijdens de lerarenopleiding was wel een beetje anders dan toen ik psychologie studeerde. Ik was wat ouder en ik werkte, dus ik had veel minder tijd voor feestjes en activiteiten naast mijn studie. Wel woonde ik in die tijd nog in een studentenkamer. Ik woonde in een huis met andere mensen die al werkten. Het is in Nederland niet ongebruikelijk dat mensen ook na hun studie nog even op kamers blijven wonen, vooral vandaag de dag, want de woningen zijn heel duur. 
Zo, nu weet je een beetje meer over het studentenleven in Nederland. Ben je benieuwd naar zaken zoals studiefinanciering, de Erasmusbeurs en studiekosten? Ik zal in het transcript van deze podcastaflevering een paar linkjes plaatsen naar handige websites met meer informatie. 
Als je benieuwd bent naar het schoolsysteem voor de studententijd, luister dan eens naar onze podcastaflevering over het Nederlandse onderwijssysteem.
comments

Login to leave a comment

Related practice books!

See all books
Learn Dutch with Zullen and Zouden
Digital edition

Zullen and Zouden

With explanations and exercisesGood for:B1
  • Pages: 40
  • Price: 11.9€
View details
Learn Dutch with Indirect speech
Digital edition

Indirect speech

With explanations and exercisesGood for:B1
  • Pages: 19
  • Price: 6.9€
View details
Learn Dutch with Separable verbs
Digital edition

Separable verbs

With explanations and exercisesGood for:A2B1B2
  • Pages: 18
  • Price: 6.5€
View details
Learn Dutch with The double infinitive in Dutch [list of auxiliary verbs included]
Digital edition

The double infinitive in Dutch [list of auxiliary verbs included]

With explanations and exercisesGood for:A2B1B2
  • Pages: 15
  • Price: 4.95€
View details