Welke taal je ook leert, het is van cruciaal belang om je vocabulaire uit te breiden. Flashcards, het onderstrepen van woorden in een tekst of het noteren van woorden terwijl je televisie kijkt; iedere taalleerder heeft zo zijn eigen methode. Maar wat werkt nou het beste? In dit artikel leer je meer over hoe je brein werkt en hoe informatie het beste blijft plakken. Doe er je voordeel mee!
Connecties in het brein
Je hersenen slaan constant nieuwe informatie op. Maar om toegang te hebben tot die informatie en je dingen makkelijk te herinneren, moet je de informatie op de juiste plek opslaan.
Stel je wil het woord koelkast opslaan in je geheugen, dan kun je natuurlijk vanuit de vertaling (refrigerator) werken. Maar is dat wel effectief? Je brein maakt op die manier alleen via de vertaling connectie met het woord, waardoor je dus via je moedertaal blijft denken. Dit is niet effectief!
De truc is om meerdere, levendige connecties met het nieuwe woord te maken. Je moet puzzelen met het woord en je verbeelding aan het werk zetten. In het geval van koelkast kun je bijvoorbeeld:
- een plaatje van een koelkast tekenen, terwijl je het woord leert.
- het woord googelen terwijl je het woord leert.
- stukjes van het woord bestuderen (koel en kast).
- een ezelsbruggetje of rijmpje maken.
- een memo-briefje met het woord op je koelkast plakken.
- elke keer dat je de koelkast opent, het woord hardop zeggen.
Zo wordt het woord op een effectieve manier vastgelegd in je geheugen en heb je toegang tot het woord als je het nodig hebt.
Context
Vaak maken studenten rijtjes met woorden die ze graag willen leren. Meestal ook nog met een vertaling ernaast. Op deze manier leer je de woordjes los, buiten de context, waardoor de betekenis van een woord wederom via de vertaling wordt verankerd in het geheugen.
Het is veel effectiever het woord binnen een logische context te leren. Dit kan door met afbeeldingen of de realiteit te werken (het woord koelkast hardop zeggen als je de koelkast opent), maar ook door zinnen te maken.
Voorbeeld: Ik heb de cola in de koelkast gezet, zodat hij lekker koud blijft.
Dit is een voorbeeld van een zin die rijk aan context is. Ook als je het woord koelkast vergeet, zul je door de context kunnen raden wat het woord betekent. Het is veel effectiever om woorden te leren met dit soort zinnen.
Herhaling
Nu we slimme manieren hebben om een woord te leren, is het nog belangrijk het woord voldoende te herhalen. Je kunt ervan uitgaan dat je een woord zo'n 7 keer moet zien of horen, in verschillende situaties, voordat je kunt zeggen dat je het woord hebt geleerd.
Het is van belang wanneer die herhaling plaatsvindt. Een woord 7 keer op één dag leren, is natuurlijk niet zo effectief. Je moet een woord namelijk in je geheugen laten bezinken en later weer terughalen. Hierdoor komt het woord echt in je langetermijngeheugen terecht.
Er zijn slimme apps en websites, zoals Anki, die je helpen de woorden op het juiste moment te herhalen. Eerst zie je een woord een paar keer in korte tijd, maar de periodes tussen de herhalingen worden steeds groter. Deze apps werken vaak met flashcards, maar je kunt natuurlijk in plaats van losse woorden contextrijke zinnen gebruiken.
Met de hand
Dan nog een laatste tips: leer niet alles van een computer- of telefoonscherm! Het is bewezen dat van papier lezen en op papier schrijven het geheugen stimuleert. Dus pak pen en papier en schrijf er op los! En vergeet niet om de woorden uit te spreken terwijl je ze leert! Hoe meer vaardigheden je combineert, hoe gemakkelijker je een woord zult onthouden.
comments
Login to leave a comment