Learn the theory
Singular
Het-words
- Het raam is kapot.
- Het is kapot.*
- Ik moet het repareren.*
De-words
- De telefoon is duur.
- Hij is duur.
- Ik koop hem niet.
Plural
- De ramen zijn kapot.
- Ze zijn kapot.
- Ik moet ze repareren.
- De telefoons zijn duur.
- Ze zijn duur.
- Ik koop ze niet.
*Sometimes you will hear Dutch people refer to het-words with hij/hem. This is very common, especially in speech.
Practice with exercises
Do you know how to refer to objects using a pronoun? Test yourself!
Some ideas to keep learning
Interested in pronouns? Here you find more information!
comments
Login to leave a comment